27 juni 2010

Preek voor de vijfde zondag na Pinksteren

Als uw gerechtigheid niet groter is dan die van schriftgeleerden en farizeeën, zult gij het rijk der hemelen niet binnengaan!

De woorden van Jezus in het Evangelie van deze vijfde zondag na Pinksteren klinken hard, onverwachts hard. Onze Heer stelt hoge eisen waaraan wij moeten voldoen als wij de hemel willen binnengaan. De geboden van het Oude Testament worden niet alleen behouden, maar zelfs verscherpt. Niet alleen hij die iemand vermoordt is strafbaar met het vuur van de hel, maar zelfs hij die toornig wordt en zijn medemens dwaas noemt.

Het ideaal van de farizeeën was de gerechtigheid: altijd en in alle omstandigheden de wet te vervullen. Alle voorschriften waren precies en duidelijk. Er was geen plaats voor een vrije interpretatie. Waarom was hun gerechtigheid dan niet genoeg om het rijk der hemelen binnen te gaan? Waarom verlangt Jezus meer van allen die Hem volgen? Er was in de gerechtigheid van de farizeeën geen plaats voor liefde. De liefde maakt het verschil tussen de gerechtigheid van de farizeeën en die van de leerlingen van Christus.

De fout van het eeuwige farizeïsme bestaat juist hierin dat het nauwkeurig wil omschrijven wat elke mens in elke denkbare situatie ‘moet doen’. Maar vaak blijft het oppervlakkig. Zo’n instelling doodt de geest en de vrijheid van de liefde. Zij schept de mentaliteit die altijd vraagt: ben ik verplicht dit of dat te doen? En hoe zwaar weegt deze verplichting? Met andere woorden: hoe ver kan ik nog gaan in mijn zelfzucht en toch niet de wet overtreden? Deze mentaliteit plaatst niet de liefde in het middelpunt van het leven, van alles wat de mensen doen, maar – integendeel – zij wil een grens stellen aan deze liefde, die naar Jezus’ gebod en uit haar aard geen beperking verdraagt. Het is waar dat zij de volmaaktheid in het vervullen van de wet zoekt, alleen niet op grond van God. De farizeeën wilden gezien en geprezen worden; zij wilden als voorbeeld voor anderen worden beschouwd. Zo is het soms ook onder christenen, die misschien in de kerk zitten, misschien zelfs actief zijn, maar wat zij doen komt niet voort uit liefde tot God en Zijn Kerk, maar uit egoïsme en zelfzucht. Zo is het als er geen overeenstemming bestaat tussen hun leven en de leer van de Kerk. Deze mentaliteit leidt uiteindelijk tot geestelijke hoogmoed en verblindt de geest van de mens, die niet meer in staat is om zijn eigen zwakheid te herkennen en niet meer kan zien hoezeer ook hij Gods genade nodig heeft. Daarom is deze gerechtigheid niet genoeg om in de hemel te komen, door haar gebrek aan liefde.

Jezus verlangt iets anders en tegelijk iets nieuws omdat Zijn woorden een nieuwe geest hebben, de geest van liefde. En dat is de wet gebracht tot in het hart, want de eigenlijke wet, de ziel van de wet is precies liefde. Maar de liefde die Jezus van ons verlangt is ook nieuw, omdat zij zich uitstrekt tot alle mensen, zelfs tot de vijanden. Moord wordt door allen als misdaad beschouwd, maar de Heer eist van ons dat wij zelfs de eerste bewegingen van de toorn trachten te bedwingen. En dat lijkt soms heel moeilijk. De liefde die Jezus van ons verlangt moet niet alleen onze uiterlijke daden beheersen, maar ook ons innerlijk leven doordringen. Zij is dus het motief dat ons beweegt en totaal vervult.

Beminde gelovigen! Wij moeten ons afvragen of deze liefde in onze harten aanwezig is, vooral nu, als wij hier aan dit heilig Misoffer deelnemen. Om onze gaven te kunnen offeren en om de heilige communie vruchtbaar te ontvangen mag er geen spoor van toorn in ons hart zijn. Wij mogen ook niet vergeten, dat deze volle eenheid veronderstelt de eenheid in het geloof. De eisen die de Kerk aan de gelovigen stelt en de bemoediging die zij de gelovigen schenkt om deze na te streven zijn juist een teken van de ware liefde, liefde voor de waarheid en voor alles dat Jezus ons Zelf heeft geopenbaard. Amen.


Gerechtigheid kan niet zonder liefde



26 juni 2010

Pater Karel Van Isacker S.J. vandaag 97 jaar

Vandaag, zaterdag 26 juni, is professor dr Karel van Isacker S.J. 97 jaar geworden.

De Vlaamse pater Van Isacker is gekend om zijn analyse dat de malaise in de Rooms-katholieke Kerk van de tweede helft van de 20e eeuw voortkomt uit haar 'bezetenheid' zich aan te passen aan de moderne wereld, zonder zich af te vragen waar die moderne wereld eigenlijk voor staat. In 1989 schreef hij een pleidooi voor de voorconciliaire Tridentijnse Liturgie: Ontwijding.

Eind jaren '80 bouwde hij in Niel-bij-As een grote stal en boerderij om tot de Sint-Michaëlskapel en sindsdien celebreert hij er de (zondags)mis volgens de oude ritus.

Wij feliciteren de hoogeerwaarde pater van harte met zijn verjaardag en vragen uw gebed voor hem die de Kerk zo vele jaren trouw heeft gediend.

Zie ook: Oudste priester van Vlaanderen krijgt 'eigen' website


21 juni 2010

Preek voor de vierde zondag na Pinksteren

Met de wonderbare visvangst, waarover het Evangelie van deze zondag verhaalt, trof Jezus Petrus in het hart: “Ga weg van mij, Heer, want ik ben een zondig mens”. Maar Jezus zei tot hem: “Wees niet bevreesd; van nu af zult gij mensen vangen.” Toen brachten zij de boten aan wal, verlieten alles en volgden Hem. (Lc. 5, 10-11). Hiermee nam de stichting van de Kerk een aanvang. In dit schamel begin zag de Heer alles wat komen zou. Deze enkele mannen, ongeletterd en onbemiddeld, zonder eigen ideeën en zonder kennis van de wereld, zouden zijn werk vestigen dat de eeuwen en de landen moest vervullen. En Petrus, een eenvoudige visser, werd het fundament dat de Wereldkerk zou dragen. Onze Heer wist dit, maar op dat ogenblik was er niets dat menselijkerwijze zulk een verwachting kon rechtvaardigen. Niets was er dan de lichte aanduiding van iets hogers, vervat in de edelmoedigheid waarmee zij alles verlieten. Zij vroegen niets meer, maar lieten alles achter.

Aan het begin van hun apostolisch leven stond dus een daad van grote edelmoedigheid: zich losrukken van dierbare en schijnbaar noodzakelijke dingen om zich toe te wijden aan de persoon van Christus. Wat een offer! Wie alles verlaat wat hij heeft brengt een groot offer, ook al bezit hij weinig. Daarom als wij later in de Evangeliën lezen hoezeer de apostelen nog gevangen waren in hun aardse opvattingen over de Messias en Zijn missie, dan mogen wij toch niet vergeten dat hun gehechtheid aan de Meester gebaseerd was op deze grondslag van offer en liefde. Op deze grondslag blijft de Kerk gebouwd en heel haar apostolaat.

Beminde gelovigen! Elke christen, iedereen van ons, naar de mate van zijn roeping en genade, moet zich het woord van Jezus herinneren als ook tot hem gesproken: Gij zult mensen vangen. De plicht van het apostolaat heeft Christus aan Zijn Kerk als geheel opgelegd. Hij geldt op de eerste plaats voor de bisschoppen en de priesters. Maar alle leden van de Kerk zijn, ieder op hun wijze, geroepen tot zielenijver en min of meer tot onmiddellijke deelname aan het apostolaat. Op een bepaalde manier moeten wij allen mensenvissers worden. Ieder mens is een missionaris. Het geloof dat wij eens hebben ontvangen moet ook aan anderen gebracht worden. Misschien geldt dat nog meer in de huidige wereld, waar zo veel mensen naast ons leven zonder God te kennen. En het gaat er niet om in de straten te lopen en over God te vertellen, al zou dat misschien best kunnen helpen, maar het gaat vooral over de duidelijkheid van ons eigen geloof. Deze duidelijkheid is niets anders dan het gaan staan achter alles wat de Kerk ons leert en dat alles ook daadwerkelijk te beleven. Dus het is niets anders dan het geloof ernstig nemen in het leven.

Vele mensen zeggen tegenwoordig: ik ben katholiek opgevoed, maar… of: ik ben gedoopt, maar ik heb niets meer met de Kerk te maken. Uiteindelijk laten velen zich uit de Kerk uitschrijven, alsof zij slechts een institutie of stichting is. Zulke mensen hebben niet alleen hun eigen roeping tot Gods kindschap niet verstaan, maar evenmin hun betekenis voor de uitbreiding van de Kerk in de wereld. Wij zijn ooit lid geworden van het mystieke Lichaam van Christus, en wij zijn allen verantwoordelijk voor de groei van dit Lichaam.

Beminde gelovigen! Hoe moeten wij dat doen? Wat vraagt Christus van ons als Hij zegt: gij zult mensen vangen? Dan vraagt Hij van ons om gebed en om het voorbeeld van een echt diep christelijk leven. De Kerk heeft in haar apostolaat ons gebed nodig. Wij moeten niet alleen bidden om zelf het geloof te bewaren, maar ook voor hen die Christus nog niet hebben ontvangen. En het maakt niet uit of deze mensen het geloof hebben verloren of dat zij daarover helemaal nooit iets hebben gehoord. Dit gebed heeft de missionaris in verre landen nodig, maar ook elke priester die in onze parochies werkt. Wij moeten onophoudelijk en vurig bidden, ook als het moeilijk is en wij soms geen vruchten van ons gebed kunnen zien. Vergeten wij niet dat Gods wegen niet die van de mensen zijn, en dat God wonderen kan bewerken op een meest onverwacht moment. De apostelen in het Evangelie van vandaag konden de hele nacht niets vangen, maar op een woord van Christus raakten de netten vol.

En ons eigen voorbeeld. Wij moeten aan andere mensen laten zien dat het geloof ons leven verandert. Dat wij denken en spreken en leven volgens dat wat wij geloven. Onze woorden over God kunnen veel leren, maar wat trekt is het voorbeeld. Voorbeeld van een integraal geloof dat in mijn eigen leven bepaalt wat ik denk, zeg en doe, maar dat ook invloed heeft op de omgeving waarin ik leef. Daarom als wij ons echte christenen willen noemen, moeten wij daadwerkelijk gaan staan achter alles wat God ons door Zijn Kerk leert. Niemand mag voor zichzelf uitkiezen wat hij of zij wil geloven of aanvaarden. En niemand mag, als katholiek, zijn geloof scheiden van zijn maatschappelijk leven. Wij moeten duidelijk zijn overal waar wij zijn. Dat is ook een akte van naastenliefde om de anderen niet in verwarring te brengen. Te veel mensen blijven ver van de Kerk op grond van het slechte voorbeeld van ons, christenen.

Bidden wij in deze heilige Mis dat wij altijd goede werktuigen in Gods handen mogen zijn, daar waar wij ons bevinden. Amen.


18 juni 2010

Uitstelling van het Allerheiligst Sacrament en gelegenheid tot aanbidding van onze Heer Jezus Christus

Het heilig Sacrament van het Altaar als een representatie van het offer van Christus voor de Heer wordt tegenwoordig vaak niet meer begrepen, aldus paus Benedictus XVI afgelopen dinsdag. De term 'offer' is impopulair en lijkt uit een ander tijdperk te stammen. Bovendien is deze uitdrukking van een tegenwoordig als vreemd beschouwde levensinstelling. Benedictus XVI verklaarde dat het offer van Christus niets te maken heeft met dier- of oogstoffers uit de antieke tijd. Christus heeft zich integendeel met zijn gehele persoon opgeofferd. Wanneer het in deze zin wordt opgevat, blijft de term ook vandaag nog fundamenteel voor het begrip van de Eucharistie. Deze brengt de liefde tot uitdrukking van God voor de mensen, die zich in Christus openbaart.

Laten wij onze liefde voor God uitdrukken door een tijd in stilte te verblijven bij Zijn Zoon in het Allerheiligste. Vanmiddag in onze kerk van 12.00 tot 17.00 uur.

13 juni 2010

Preek voor de derde zondag na Pinksteren

Niemand ontsnapt aan de wet van het Kruis, want lijden maakt deel uit van het leven van ieder mens. Van iedereen wordt dus gevraagd dat hij zijn deel zal dragen in heel het menselijke leed dat de wereld vervult. Als wij opzien naar Christus en gelovig het lijden aannemen uit Gods hand, dan wordt het Kruis dragelijk en zeer vruchtbaar. Op zijn beurt draagt het dan ons, het verheft ons, en het brengt ons zelfs werkelijk nader tot God. Wij zien het lijden echter zelden als een lichte last, want zelfs kleinigheden kunnen bij ogenblikken voor onze lichtgeraaktheid bijna ondraaglijk lijken. Dit is, beminde gelovigen, een uitvloeisel van een diepgaand gebrek aan zelfbeheersing, dat wij zouden moeten overwinnen om de verdiensten van Christus’ lijden door ons eigen lijden te kunnen benutten. Zo dikwijls treffen ons allerlei kruisjes, dat het nodig is om herhaaldelijk naar deze waarheid terug te keren.

In het epistel van vandaag spoort Sint Petrus ons aan tot geduld en tot vertrouwen. “Vernedert u dus onder Gods machtige Hand”, zegt hij, “opdat Hij u te Zijner tijd moge verheffen.” Verheven zullen wij worden in Jezus Christus, dus werpen wij al onze bekommernis op Hem, want Hij draagt zorg voor ons. Zien wij toch naar Christus en dragen wij aan Hem alles op, en zijn wij geduldig bij het dragen van ons eigen kruis.

Beminde gelovigen, het lijden is, net zoals een bekoring, een gelegenheid tot overwinning of tot nederlaag. Een reden te meer om in gebed en in de eenzaamheid met God de kracht te zoeken tot aanvaarding van hetgeen waaraan wij toch niet kunnen ontsnappen: het lijden in ons aardse bestaan. Niet het lijden kunnen wij weghalen, maar de manier waarmee wij daarmee omgaan. Wij kunnen het lijden vruchtbaar maken doordat wij daarin een gemeenschap met Jezus zoeken, doordat wij het lijden dragen in liefde, uit dankbaarheid voor onze verlossing. Wij kunnen deze vruchtbare realiteit ook afwijzen en bitterheid over ons aardse bestaan opwekken. Deze laatste keuze geeft geen toegang tot Gods levengevende gemeenschap, het eeuwig leven, maar verlokt de mens tot compensatie van het lijden door allerlei plezierzucht, en maakt hem blind voor het hogere doel van het menselijk leven. Dat doel is om reeds tijdens het aardse leven de gemeenschap met God te zoeken en om dit huidige leven te heiligen met de genade die God geeft door het leven in de Kerk, het Lichaam van Christus. Dit lichaam opent voor ons een oneindige geestelijke rijkdom en werkelijkheid.

Want verenigd in het mystieke lichaam brengen wij een gezamenlijk offer, dat allen ten goede komt. Ons lijden, geheiligd door de verheven vriendschap met Christus, helpt om hen te heiligen, die nog niet geloven, en om hen die in het lijden geen zin zien tot Christus en tot God te voeren. Op deze wijze wordt al het lijden dat ons ongevraagd overkomt een uitmuntend apostolaat. Dit is de wonderbare uitwerking van onze eenheid met Christus Die Zelf voor alle tijden en voor alle mensen heeft geleden. Hij vraagt van ons dat wij ons lijden met geduld en met liefde dragen, want de vrucht van het lijden is de verlossing. Amen.


Ieder zijn kruis

Ieder heeft zijn deel op aard,
ieder heeft wat hem bezwaart.
Ja, ieder hart en ieder huis
heeft zijn eigen smart en kruis.

Het ene kruis is openbaar,
het andere wordt men niet gewaar.
Het ene is klein, het andere groot.
Het een van hout, het ander van lood.

De ene heeft een enig kruis,
weer een ander heeft een dubbel, thuis.
Maar dit is het wonderbaarst:
Iedereen vindt het zijne het zwaarst.

Ja, dan denkt ook nog menigeen:
Mijn naaste, die heeft er geen.
En als het mocht en mogelijk waar,
dan ruilden nog velen met elkaar.

Het kruis van een ander schijnt u licht,
maar u bedriegt u in het gewicht.
En wie weet of gij verdroegt
waar nu hun schouder onder zwoegt.

Niet op ieders voorhoofd staat
hoe het hem van binnen gaat.
Dikwijls heeft zo menig hart
midden onder het lachen smart.

Een kruis te kiezen naar zijn zin
heeft voorzeker niet veel in.
Het is of men zich ten enen-maal
wil ontslaan van kruis en kwaal.

Zag men echter op een rij
al de kruisen van nabij,
ieder koos voor zich en nam
waar hij mee ter markte kwam.

Dus dragen wij naar 's Heren wil
steeds met gelatenheid en stil
Gij: uw kruis, en ik: mijn leed,
wijl God onze beider krachten meet.

Door zijnen duur drukt ons het kruis,
maar het leidt ons eens naar het Vaderhuis.
Het wordt een brug, die van het strand
ons veilig voert naar het Vader-land.

Mor dus niet, maar hoe het ga,
denk aan het Kruis van Golgotha
en aan Hem, Die kruis en kracht
geeft, waar Hij het nodig acht.

Wees in geluk en tegespoed
met al wat God geeft wel-gemoed.
Wat uit de hand der Godheid vliet
is weldaad, al begrijpt men het niet.

12 juni 2010

Paus Benedictus XVI sluit 'Jaar van de Priester'

Vrijdag 11 juni, op het (hoog)feest van het Allerheiligst Hart van Jezus, heeft paus Benedictus XVI het 'Jaar van de Priester' afgesloten. Het jaar, dat vorig jaar op het Heilig-Hartfeest begon, heeft veel vruchten opgeleverd, maar is toch overschaduwd door de misbruikschandalen in de Kerk die in vele landen naar boven zijn gekomen.

De Paus vertrouwde alle priesters toe aan het Onbevlekt Hart van Maria. Hij deed dat aan het einde van een heilige Mis op het Sint-Pietersplein in aanwezigheid van meer dan 15.000 priesters.


9 juni 2010

Verkiezingen 2010: Geef uw stem aan de stemlozen

Voetjes van een foetus van 11 weken oud.


Vandaag worden in Nederland verkiezingen gehouden voor de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Voor een katholiek met een goed gevormd geweten is het niet eenvoudig zijn of haar stem uit te brengen. Een katholieke partij doet niet aan de verkiezingen mee en Rooms-katholieke kandidaten die zich prominent uitspreken over morele kwesties zijn niet of nauwelijks te vinden.

Bij het uitbrengen van een stem is het voor een katholiek dus kiezen uit een aantal minst kwade opties. Een van de grootste misdaden tegen de mensheid die in onze dagen plaatsvindt is abortus. Overweegt u in het stemhokje eens om uw stem te geven aan hen die geen stem hebben en wier stemmen ook nooit gehoord zullen worden.

In het volgende filmpje vertelt tenor Andrea Bocelli over een zwangere vrouw die geopereerd moest worden aan haar blinde darm. De doktoren adviseerden haar om haar ongeboren vrucht te laten weghalen omdat deze beschadigd zou worden. Zij weigerde. Deze vrouw was de moeder van Bocelli, hijzelf was de 'beschadigde vrucht'.

Zie: Klein maar fijn: durven kiezen voor de politieke steen des aanstoots op de website van magazine Catholica.
Zie ook: Doodsoorzaak nummer 1 en het pastoraal woord van onze parochie-administrator voor de maand juni.


8 juni 2010

Fotoverslag Amsterdamse Sacramentsprocessie

Zondag 6 juni 2010 trok voor de zevende keer een grote Sacramentsprocessie vanuit de Onze Lieve Vrouwekerk aan de Keizersgracht over de Amsterdamse grachten. Op het naar de zondag verplaatste feest van het Allerheiligst Sacrament gaven zo'n duizend mensen getuigenis van hun geloof in de aanwezigheid van Christus in de geconsacreerde hostie en van de betekenis van het Allerheiligst Sacrament zowel in hun persoonlijk leven als voor de stad en de wereld.

Een lange stoet gelovigen trok op zondag 6 juni over de Amsterdamse grachten.

Religieuzen van verschillende congregaties liepen mee.

Jezus Christus onder de gedaante van brood, gedragen in de monstrans
door apostolisch nuntius mgr dr F. Bacqué...


... en door de bisschop van Haarlem-Amsterdam, mgr dr J.M. Punt.

De Agnesparochie was vertegenwoordigd met een delegatie... met vaandel...

... maar ook tussen de priesters.

Prachtig uitgedoste deelnemers van diverse Oosters-orthodoxe Kerken
maakten de processie bijzonder kleurrijk.

Meer informatie en foto's zijn te vinden op de websites van de Onze Lieve Vrouwekerk en van Opus Dei in Nederland.

De foto's in dit verslag zijn gemaakt door Janny van der Wal en Wim Groeneveld.

Zie ook: Een video van de processie uit 2009.


7 juni 2010

Van de parochie-administrator

Beminde gelovigen,

De Mariale meimaand is beëindigd. De maand juni is in het bijzonder toegewijd aan het Heilig Hart van Jezus. Als wij terugblikken dan moeten we als parochie constateren dat wij de genaden die wij door de Mariaverering kunnen verkrijgen niet voldoende hebben aangewend. Er moet bij ons een zeker gebrek aan gebed worden vastgesteld. Dat is niet verwonderlijk, want de Westerse wereld – in al haar schaamteloosheid en verderf – maakt ons moe en hopeloos. Vergeten wij echter niet dat het enige medicijn tegen deze moedeloosheid nu juist het gebed is. Zeker niet het al te veel spreken en het zich bezighouden met nutteloze dingen, zoals te veel televisie kijken. Dat is sowieso een kwaad in zichzelf op grond van het materialisme en van de opvatting die door de media wordt verspreid dat het aardse bestaan louter plezierig moet zijn.
Als katholieken zijn wij ertoe geroepen om onszelf te heiligen. Dat gebeurt door een leven in gebed, een leven volgens de leer van de Kerk en door het in acht nemen van een zekere zelfdiscipline en een gezonde zelftucht.

Wij zijn als priesters aanwezig ten eerste om God te verheerlijken en ten tweede om de aan ons toevertrouwde kudde te heiligen. Daarom vraag ik u met aandrang om de gevaren van deze wereld te vermijden. Het eerste gevaar is de directe verleiding tot zonde door de duivel. Een tweede gevaar is de indirecte verleiding door de maatschappij waarin wij leven. Deze maatschappij is nu zo verdorven dat er niets meer over is van de goddelijke ordening. Wij moeten dus waakzaam zijn dat wij ons de opvattingen en de levensovertuiging van dit verderf niet eigen maken. Wij moeten deze in ons eigen leven afwijzen en daarmee ook de valse profeten die ons deze opvattingen verkondigen.
Dat moeten wij ook toepassen bij de aanstaande verkiezingen. Wij mogen als katholieken niet kiezen voor partijen en kandidaten die zich direct tegen het katholieke geloof of tegen de door de Kerk verkondigde moraal opstellen. Dat uitgangspunt maakt dat er in dit land maar weinig mogelijkheden zijn om de juiste partij en kandidaat te kunnen kiezen.

De maand juni kunnen wij gebruiken voor onze persoonlijke heiliging, doordat wij onze toevlucht nemen tot het Heilig Hart van Jezus, en ons leven zo inrichten dat ons hart gelijkvormig kan worden aan Zijn Hart. Bewaren wij in deze stormachtige tijden onverkort het katholieke geloof en laten wij trouw blijven en niet meezingen in het koor van mensen dat de Kerk wil veranderen. Het is niet de Kerk die moet veranderen, want zij is reeds heilig, maar het zijn de mensen die hun leven moeten veranderen om heilig te kunnen worden.

Met mijn priesterlijke zegen,
pater M. Kromann Knudsen FSSP,
administrator Sint-Agnesparochie

6 juni 2010

Preek voor de tweede zondag na Pinksteren

Het Evangelie van vandaag bevat de gelijkenis van de onwillige bruiloftsgasten, die Jezus de mensen voorhield bij een maaltijd waartoe Hij door een farizeeër was uitgenodigd. “Een zeker iemand gaf een groot feestmaal en nodigde velen uit. Tegen het uur van de maaltijd zond hij zijn dienaar (dat was een oosterse gewoonte) om aan de gasten te zeggen: Komt, want alles staat klaar. Maar eenparig begonnen allen zich te verontschuldigen.” Dit stond, nadat de eerste uitnodiging blijkbaar was aangenomen, gelijk aan een belediging. De eigenlijke bedoeling van de gelijkenis was de voorspelling van de roeping van de heidenen tot het christendom en van de verwerping van de meeste joden, die onder allerlei excuses Gods uitnodiging in Christus afwezen.

Het was een grootste gebeurtenis, het was een onzegbare uitverkiezing, nu zij, de joden, tot het geloof in de Messias werden geroepen. Zij waren het uitverkoren volk, zij hadden door allerlei gevaren heen het geloof in de ware God bewaard. Nu komt de Redder der wereld (uit hun volk geboren) tot hen met de blijde boodschap en… zij blijven doof. Zij zijn niet alleen doof, zij keren zich ook af, zij vatten haat voor Hem op en zij doden Hem.

Maar deze gelijkenis gaat verder en betreft niet alleen het joodse volk. Zij raakt ook ons en alle mensen die tot het geloof werden geroepen, maar koud en onverschillig zijn gebleven. Het gaat bovendien niet alleen over het geloof, maar over de aanwezigheid van God Zelf. Terwijl Hij Zijn heilig Sacrament aan allen aanbiedt als een buitengewoon bewijs van liefde, als een bijzonder middel tot heiliging, als ‘een groot gastmaal’, lopen velen Hem weer onverschillig en koel voorbij. Zovelen van ons halen hun schouders op en lijken doof en blind te zijn.

Beminde gelovigen! Als wij een meer algemene zin in de woorden van Christus mogen ontdekken, dan is het wel deze: God komt tot de mens met Zijn uitnodiging en de mens heeft het in zijn vermogen die uitnodiging af te slaan. God stelt ons voor de keuze. Hij nodigt ons liefdevol uit, Hij dringt zachtjes aan, maar Hij dwingt ons nooit. God heeft de mens zijn vrijheid geschonken. Dat is een kostbare en noodlottige gave. Kostbaar, want zij stelt de mens in staat God te beminnen en aan zijn roeping te gehoorzamen. En noodlottig kan zij zijn, daar in de vrijheid de vreselijke mogelijkheid ligt van de afval van God, van de weigering van de genade. Maar een kostbare gave is zij in Gods oog en Hij blijft haar respecteren (meer dan de mensen plegen te doen), want Hij vraagt een vrije liefde die Hem alleen waardig is. God wil geen slaven, maar dienaren uit vrijheid en liefde.

Gods uitnodiging komt niet alleen bij grote beslissingen tot ons, maar herhaaldelijk in ons leven, zo dikwijls Zijn genade ons roept, al is het slechts tot een eenvoudige daad van zuivere liefde En wij zullen Zijn roepstem vernemen, naarmate wij aan Zijn genade beantwoorden, naarmate wij leven in innerlijke stilte en bereidwilligheid om die stem te volgen. Gods roeping is afhankelijk van onze medewerking. Wij staan voor de keuze. God dwingt niet, maar nodigt uit. Het is een mysterie van genade en vrijheid.

In de gelijkenis zijn het de gasten die zichzelf uitsluiten van de heerlijkheden van het feestmaal. En zo is het altijd. De mens berooft zich door zijn boze eigen wil van het goddelijk goed en dan pas treft hem Gods veroordeling. “Want God heeft Zijn Zoon in de wereld gezonden, niet om de wereld te oordelen, maar opdat de wereld door Hem zou worden gered. Wie in Hem gelooft (wie de goddelijke uitnodiging aanvaardt), wordt niet geoordeeld; maar wie niet gelooft, is reeds geoordeeld, omdat hij niet heeft geloofd in de naam van Gods eniggeboren Zoon”, of anders gezegd: omdat hij de kostbare genade niet in zich laat leven en werken.
Beminde gelovigen! Laten wij Gods uitnodiging, die ook aan ons is gericht, ernstig nemen. Erkennen wij haar grote betekenis. Door eerbiedig de heilige communie te ontvangen met een zuiver hart, vrij van zonden en egoïstische zelfzucht, bereiden wij ons voor op het eeuwige gastmaal. Amen.


5 juni 2010

Gebedsintentie van de Heilige Vader voor de maand juni

Voor de maand juni heeft paus Benedictus XVI de volgende gebedsintentie geformuleerd:

Dat alle nationale en supranationale instellingen zich ervoor inzetten om de eerbied voor het menselijk leven vanaf de conceptie tot aan het natuurlijke einde te garanderen.


Zondag 6 juni 2010: Sacramentsprocessie Amsterdam

Aan de jaarlijkse processie over de Amsterdamse grachtengordel, die komende zondag plaatsvindt, doen meer kerken mee dan vorig jaar. Naast de drie gemeenschappen die gebruik maken van de Onze Lieve Vrouwekerk (katholieken, Syrisch-Orthodoxen, Surinaams-katholieke gemeenschap) lopen ook delegaties en gelovigen van andere kerken mee. Vaste deelnemers zijn inmiddels de Armeense, Koptische en Ethiopische kerken. Voor het eerst komt nu ook een Servisch-orthodoxe delegatie. "Een bont gezelschap, maar wel met een gemeenschappelijk geloof in de aanwezigheid van Jezus in de Eucharistie", aldus mgr W. Schnell, rector van de kerk.

Een bedetocht met zoveel verschillende christelijke gemeenschappen is uniek, aldus Schnell: "Voor katholieken is de sacramentsprocessie een begrip. Orthodoxe kerken kennen deze traditie echter niet. Daarom is het heel bijzonder dat zij hier in Amsterdam deelnemen. Bij mijn weten is dit niet eerder in Europa gebeurd, waarschijnlijk ook niet elders in de wereld. Ik hoop dat deze nieuwe traditie ook op andere plaatsen navolging krijgt."

Onder aanvoering van de in klederdracht gestoken Wilhelminafanfare uit Volendam zullen mgr J. Punt, bisschop van Haarlem-Amsterdam, en zijn hulpbisschop mgr J. van Burgsteden met een geconsacreerde hostie in een monstrans over de grachten trekken. Bijzondere gasten zijn twee aartsbisschoppen: de ‘ambassadeur’ van de Heilige Stoel in Nederland, apostolisch nuntius mgr F. Bacqué, en de Syrisch-orthodoxe aartsbisschop in Nederland, mgr Polycarpos Augin Aydin. Zusters van drie religieuze families lopen ook in de stoet mee. Zij gaan vergezeld van gelovigen uit Amsterdamse parochies, Antillianen, Filippijnen, Italianen en Polen.

Programma zondag 6 juni

10.00 uur: Tridentijnse H. Mis in de Agneskerk, in het bijzonder voor hen die aan de processie deelnemen.
11.15 uur: Plechtige H. Mis (Novus Ordo) in de Onze Lieve Vrouwekerk
12.45 uur: Sacramentsprocessie over de grachtengordel
13.30 uur: Afsluitend plechtig Lof in de Onze Lieve Vrouwekerk

Voor meer informatie kunt u terecht op de website van de Onze Lieve Vrouwekerk.

Onderstaande video geeft een mooie impressie van de processie uit 2009:



4 juni 2010

Doodsoorzaak nummer 1

De nu volgende video bevat schokkende cijfers over de abortuspraktijk in Amerika. Deze zijn niet zonder meer te vergelijken met Nederland, maar ook in ons land vindt deze gruwelijke misdaad tegen onschuldige mensen-in-wording, tegen het leven, en tegen de Gever van het leven, dagelijks op grote schaal plaats.

Requiem aeternam dona eis, Domine.



Paus Benedictus XVI over de priester en zijn drie hoofdtaken

Met het oog op de afsluiting van het Jaar van de Priester in juni sprak paus Benedictus XVI tijdens de algemene audiëntie van 14 april jl. over de priester en het uitoefenen van de drie van Christus ontvangen taken van onderricht, heiliging en leiding.

De priester handelt in persona Christi, in de persoon van Christus, het Hoofd van de Kerk. Hij vertegenwoordigt Christus en handelt plaatsvervangend voor Hem. Christus is nooit afwezig in de Kerk die Zijn levend Lichaam is. Als Hoofd van de Kerk is Hij tegenwoordig en werkzaam. Christus handelt en verwerkelijkt wat de priester uit zichzelf helemaal niet zou kunnen: de consecratie van brood en wijn en de kwijtschelding van de zonden.

De drie taken van de priester zijn onderricht, heiliging en leiding. Dit zijn drie manieren van handelen door de verrezen Christus, Die ook vandaag in de Kerk en de wereld onderricht en zo het geloof schept, Zijn volk verenigt en de waarheid tegenwoordig laat worden.

Wij leven in een tijd van grote verwarring over fundamentele levenskeuzes en daarbij behorende vragen. Hierover bestaan vele filosofieën die opkomen en weer verdwijnen. Wat blijft is verwarring bij het nemen van fundamentele beslissingen: hoe moeten wij leven wanneer wij in het algemeen niet meer weten waardoor en waarvoor wij zijn geschapen en waarheen wij gaan? In deze situatie verwerkelijkt zich het woord van de Heer: Hij gevoelde medelijden met hen, want zij waren als schapen zonder herder (Mc. 6, 34). Het is de taak van de priester in persona Christi in de verwarring van onze tijd het licht van het Woord van God tegenwoordig stellen: het licht dat Christus Zelf is. Voor de priester geldt wat Christus over Zichzelf zei: Mijn leer is niet van Mij (Joh. 7, 16). Christus is als Zoon stem en woord van de Vader. Ook de priester dient steeds zo te handelen: mijn leer is niet de mijne, maar ik ben mond en hart van Christus.


3 juni 2010

Informatiebulletin voor de maand juni online

De juni-editie van het maandelijkse blad van onze parochie, genaamd Informatiebulletin, staat online. Het is te vinden onder het tabblad Informatiebulletin of door hier te klikken.


1 juni 2010

Verslag Pinksterbedevaart Parijs-Chartres

Tijdens het Pinksterweekeinde, op zaterdag 22, zondag 23 en maandag 24 mei jl., werd de 28e bedevaart van Parijs naar Chartres gehouden. Dit jaar was het hoofdthema: De Kerk is onze Moeder.

De afzonderlijke dagen hadden een subthema. De zaterdag was gesteld onder de bescherming van de heilige Petrus en gewijd aan het onderwijzen door de Kerk. De tweede dag had als thema heiligen en werd gesteld onder de bescherming van de heilige Johannes Maria Vianney, de Pastoor van Ars. De maandag had als thema leiden en stond onder de bescherming van de heilige paus Pius X.

Vele tientallen priesters van verschillende traditionele orden en congregaties namen aan de bedevaart deel. Hoofdorganisator was de priesterbroederschap Sint Petrus (FSSP).

Het totaal aantal deelnemers lag boven de 10.000 mensen. Op de foto's zijn enkele bijzondere momenten van deze driedaagse bedevaart vastgelegd.

Kort voor vertrek verzamelen de priesters zich bij de Notre Dame in Parijs.


Kardinaal Andre Vingt-Trois, aartsbisschop van Parijs, bracht op het Hoogfeest van Pinksteren een bezoek aan de bedevaartgangers. Hij celebreerde een plechtig Lof in de open lucht.



De deelnemende priesters celebreerden vroeg in de ochtend hun H.H. Missen in de speciale kapeltent.

Onderweg werd zo nu en dan gestopt voor een rustpauze.