23 januari 2011

Preek voor het feest van Sint Agnes

Epistel
Wijsheid 51, 1-8, en 12
Ik wil U loven, Heer, koning, en U prijzen als mijn God en redder. Ik wil Uw naam loven, omdat U mijn beschermer en helper bent geweest en mij hebt gered van de dood, van de strikken, door lastertongen gelegd, van de lippen die leugentaal uitslaan. Tegenover degenen die mij aanvielen bent U mijn helper geworden en zo groot als Uw medelijden en Uw naam zijn, hebt U mij verlost uit de strikken van degenen die op buit loerden, uit de hand van degenen die mij naar het leven stonden, uit de vele noden die mij overkwamen, uit het verstikkende vuur waarmee de brandstapel mij omgaf; midden uit de vlammen, die ik niet had aangestoken, uit de diepe schoot van de onderwereld, verlost van de vurige tong en het lasterlijke gepraat, van de scherpe pijlen van de onrechtvaardige tong. Ik was vlak bij de dood gekomen: ik stond aan de rand van het dodenrijk, zo diep. Aan alle kanten omsingelden ze mij en er was niemand die mij hielp. Ik keek uit naar steun van mensen, maar die was er niet. Toen dacht ik, Heer, aan Uw barmhartigheid, en aan Uw weldaden, van oudsher bewezen: U helpt degenen die op U hopen en redt hen uit de hand van hun vijanden want U hebt mij van de ondergang gered en mij op de dag van het ongeluk geholpen Daarom zal ik U loven en prijzen en de naam van de Heer zegenen.

Evangelie
Mattheüs 25, 1–13
In die tijd hield Jezus Zijn leerlingen de volgende gelijkenis voor: Het zal met het koninkrijk der hemelen gaan als met tien meisjes, die met hun lampen op weg gingen, de bruidegom tegemoet. Vijf van hen waren dom en vijf verstandig. Want de domme namen wel hun lampen met zich mee, maar geen olie. Maar de verstandige namen ook olie mee in kruiken, niet alleen lampen. Omdat de bruidegom op zich liet wachten, dommelden ze allemaal in. Midden in de nacht klonk er geroep: “Daar is de bruidegom! Ga hem tegemoet!” Toen stonden alle meisjes op en maakten hun lampen in orde. De domme zeiden tegen de verstandige: “Geef ons van jullie olie, want onze lampen gaan uit.” Maar de verstandige gaven ten antwoord: “Nee, er mocht eens niet genoeg zijn voor ons en voor jullie; ga liever naar de verkopers en koop voor jezelf.” Toen ze weg waren om te kopen, kwam de bruidegom, en de meisjes die klaar stonden, gingen met hem mee naar binnen voor de bruiloft, en de deur ging dicht. Later kwamen ook de andere meisjes en riepen: “Heer, heer, doe open voor ons.” Maar hij antwoordde: “Ik verzeker jullie, ik ken jullie niet.” Weest dus waakzaam, want ge kent dag noch uur.

Preek
Vandaag vieren wij de patroonheilige van deze kerk en parochie, de jonge, maagdelijke Agnes, die het leven liet uit innige liefde voor de heilige zuiverheid die de bijzonder band met de bruidegom, Jezus Christus, voor haar was. De heilige zuiverheid in lichaam en geest was het alles overtreffende verband tussen deze jonge vrouw en de God van de hemel, Die mens is geworden om ons in Zijn genade te versieren tot een Hem waardige bruid, de heilige Kerk.

En daar gaat het Evangelie van deze feestdag ook over, over bruid en bruidegom, dat wil zeggen over Christus en Zijn Kerk, de Kerk waarmee het Lam zal trouwen als het heilswerk in tijd en ruimte is voltrokken.

Tien maagden gingen uit om bruid en bruidegom te zoeken; alle tien waren geroepen maar niet allen waren bereid om de roeping te volgen. Vijf waren wijs en vijf waren dwaas. De vijf wijzen namen olie mee voor de lampen, de vijf dwazen niet. De olie is hier een beeld van de genade die de lamp laat schijnen. De olie wordt trouwens ook gebruikt bij ons doopsel, waardoor wij worden ingelijfd in het Lichaam van Christus, Zijn heilige Kerk en toekomstige bruid, en in het sacrament van het heilig vormsel, waardoor wij de zeven gaven van de Heilige Geest ontvangen, en aan het einde van ons leven bij het laatste oliesel, waardoor ons de kracht wordt verleend om tot het einde toe te volharden. Alleen de vijf wijze maagden vinden door hun verstandige houding – die verzinnebeeld wordt door de olie – de bruid en bruidegom. Door de rijkdom van de genade worden zij zelfs opgenomen in die bruid, en daarom kent Christus hen bij Zijn komst als de zijnen.

De vijf dwaze maagden werden afgewezen door de bruidegom toen zij terugkwamen met de olie voor hun lampen. Wij kunnen ons afvragen waarom. Dat is omdat zij geen liefde voor Hem hadden, maar veel meer bezield waren door een al te aardse eigenliefde. Zij hadden zich niet voorbereid op Zijn komst en sliepen liever onvoorbereid in. Deze slaap van de tien maagden is een beeld van de dood, de dood die allesbepalend is voor ons toekomstig leven.

Wij zien, beminde gelovigen, hoe de vijf maagden bereid waren om uit hun slaap gewekt te worden en de bruidegom tegemoet te gaan, en met hem in de bruiloftszaal binnen te treden, want zij hadden zich in liefde en bereidheid voorbereid op zijn komst. Wij kunnen ook zeggen dat hun geloof in hem en hun verwachting op zijn komst hun leven hadden bepaald. Zij gebruikten hun tijd om zich voor te bereiden op dit zalige ogenblik, het ogenblik van de vereniging met de hemelse bruidegom.

Dierbare gelovigen, dit Evangelie is als een beknopte samenvatting van het gehele christelijke leven. Het laat ons zien hoe wij moeten leven om eens het hemelse bruiloftsfeest te kunnen vieren, maar het is ook een duidelijke waarschuwing aan ons over wat er kan gebeuren als wij niet leven in de bestendige en levende hoop op en in de verwachting van de komst van de bruidegom.

Om in deze verwachting te kunnen blijven leven en om de zuiverheid te kunnen behouden worden wij nu reeds op aarde geheiligd door onze toekomstige bruidegom door de heilige communie, die een voorsmaak is van de hemelse bruiloft, en die reeds nu de sacramentele vereniging bewerkstelligt. Zo is Hij reeds nu bij ons om Zelf de uiteindelijke vereniging voor te bereiden. Christus tooit Zelf Zijn bruid, de Kerk, met het kleed van heiligheid. Willen wij daartoe behoren, nemen wij dan een voorbeeld aan de wijze maagden. Onder hen vinden wij ook onze eigen patrones, de heilige Agnes.

Beminde gelovigen, ook wij moeten waakzaam zijn, want wij kennen dag noch uur, maar de belofte van onze hemelse bruidegom is ons al bekend. Moge deze belofte onze liefde voor Hem brandend houden. Amen.