3 mei 2015

Preek voor de vierde zondag na Pasen

De Heilige Geest

Epistel
Jac. 1, 17-21
Veelgeliefden, ieder goede gave en ieder volmaakte gift komt van boven, afdalend van de Vader van het licht, bij Wie er geen verandering is of verduistering door onbestendigheid. Want uit vrije wil heeft Hij ons het leven geschonken door de prediking van de waarheid, opdat wij in zeker opzicht eerstelingen zouden zijn onder Zijn schepselen. Gij weet dat, mijn veelgeliefde broeders. Laat iedereen nu vlug bereid zijn om te luisteren, maar niet haastig om te spreken, en niet haastig met toornig te worden. Want een toornig mens volbrengt niet de gerechtigheid Gods. Verwijdert daarom ieder smet en alle verkeerde uitwas, en aanvaardt in zachtmoedigheid het woord, dat in u is uitgezaaid en dat de kracht bezit om uw zielen zalig te maken.

Evangelie
Joh. 16, 5-14
In die tijd sprak Jezus tot Zijn leerlingen: Ik ga heen tot Hem, Die Mij gezonden heeft; en niemand van u vraagt Mij: Waar gaat Gij heen? Maar de droefheid heeft Uw hart vervuld, omdat Ik u dit heb meegedeeld. Doch Ik zeg u de waarheid: het is goed voor u, dat Ik wegga. Want zo Ik niet wegga, zal de Helper niet tot u komen; als Ik echter heenga, zal Ik Hem tot u zenden. En wanneer Hij komt, zal Hij aan de wereld bewijzen, dat zij ongelijk heeft wat betreft zonde, gerechtigheid en veroordeling. Wat betreft zonde: omdat zij niet in Mij geloofd hebben. Wat betreft gerechtigheid: omdat Ik heenga tot de Vader, en gij Mij niet meer zult zien. Wat betreft veroordeling: omdat de vorst dezer wereld reeds geoordeeld is. Nog veel heb Ik u te zeggen, doch gij kunt het nu nog niet verdragen. Maar wanneer Hij komt, de Geest der waarheid, dan zal Hij u de volle waarheid leren. Want Hij zal niet spreken uit Zichzelf, maar Hij zal spreken, al wat Hij hoort; en Hij zal u de komende dingen verkondigen. Hij zal Mij verheerlijken, want van het mijne zal Hij ontvangen en het aan u verkondigen.

Preek
Reeds nu begint de Kerk bij ons het verlangen naar de Vertrooster op te wekken, het vurige verlangen naar de Heilige Geest. In Gods bestel lag een geheimzinnige noodzakelijkheid besloten, dat Jezus moest sterven en verheerlijkt worden, voor de Geest zou nederdalen over Zijn apostelen. Jezus Zelf zei het met duidelijke woorden. De voltooiing van Zijn werk was aan de Heilige Geest overgelaten.

Voor de apostelen was het moeilijk te begrijpen wat hun Meester bedoelde. Zij hebben vooral het feit gezien dat Jezus wegging. En dat maakte hen verdrietig. Pas later, door het licht en de genade van de Heilige Geest, begrepen ze alles, en van bange leerlingen veranderden ze in moedige getuigen van Christus. Dat was alleen mogelijk door ‘de kracht uit den hoge’. Door deze kracht konden ze de betekenis van Christus’ lijden, dood en verrijzenis begrijpen.

In het Evangelie van vandaag kondigt Christus de Heilige Geest voor Zijn Kerk aan en Hij spreek over Zijn werking. Deze is drievoudig: in de wereld, in de Kerk en in onze ziel.

Wat is de werking van de Heilige Geest in de wereld? Ten eerste zal de Heilige Geest de wereld een spiegel voorhouden, waarin zij haar schuld en de straf die haar bedreigt kan zien. De grootste zonde is het ongeloof. Christus is in de wereld gekomen om de mensen te verlossen. Maar de wereld heeft Christus en Zijn leer verworpen. Zij heeft Hem niet willen zien noch kennen. Tegelijkertijd straalt, door de Heilige Geest, de waarheid en de rechtvaardigheid van de Kerk. De Kerk laat de wereld haar zonden zien, zij wordt het verwijt van het geweten en legt de vinger op de zonden van de wereld. Uiteindelijk zal de goddeloze wereld die waarheid herkennen, tot haar redding of tot haar verlies.

De Heilige Geest werkt ook in de Kerk zelf; deze werking is veel zoeter en zachter. Hij bezielt de Kerk. Hij garandeert de leer van de Kerk. Hij zal ons immers alles in herinnering brengen wat Jezus ons geleerd heeft. Het is de Heilige Geest, door Wie de sacramenten geen louter menselijke tekenen zijn, maar vervuld zijn van goddelijke kracht. Alle sacramenten zijn Zijn werk. In het doopsel maakt Hij ons tot kinderen van God. In het vormsel maakt Hij ons tot strijders voor het geloof en tot getuigen van Christus. De Eucharistie is ook Zijn werk. Bij de menswording van Christus was Hij de Auteur van Christus’ Lichaam, zo is Hij ook bij de verandering van brood en wijn in Christus’ Lichaam en Bloed aanwezig. En ook de macht om zonden te vergeven is Zijn werk. We kunnen elke dag zien en zelf ervaren hoe groot Zijn werking in de Kerk is.

De Heilige Geest werkt ook in onze ziel: door Zijn genade. Hij is onze gids in dit dal van tranen. Hij is de arts van onze ziel. Hij laat het goede groeien en verwijdert het onkruid van de zonde. Maar Hij overweldigt niemand. We moeten voor Hem openstaan, we moeten steeds om Hem bidden en we moeten vooral weerstand bieden aan boze geesten, die ook nog steeds hun invloed op ons proberen uit te oefenen: geesten van egoïsme, van zelfbevestiging, van gemakzucht.

De Heilige Geest heiligt de Kerk. En wij allen, die deel uitmaken van de Kerk, zijn tot heiligheid geroepen. Die kan iedereen van ons bereiken, maar alléén door de Heilige Geest. Zonder Hem kunnen wij niets. Zonder Hem zullen wij Christus nooit goed kunnen begrijpen. Met de Heilige Geest krijgt alles een ander licht, een andere kleur. Christus zal als Godmens steeds een mysterie zijn, maar Hij, de Geest, brengt Hem nader tot ons. De Heilige Geest verheldert en verklaart, en geeft inzicht en gevoel voor het goddelijke. Wij mogen God vragen dat de Vertrooster ons Zijn licht brengt en ons onderwijst over het goddelijke, over het ware geluk. We moeten uiteindelijk om de genade vragen dat wij bereid zijn deze Vertrooster te ontvangen. De Heilige Geest werkt zonder twijfel in de gehele Kerk, maar het hangt van ons af of Hij in ons leven werkzaam is. Er is nog tijd om daarover na te denken. Er is nog tijd om ons leven te laten veranderen door de komst van de Heilige Geest, de Vertrooster en Helper.