14 mei 2017

Akathistoshymne ter ere van de Moeder Gods

Het bidden van Akathistoshymnen is een wijd verspreid en zeer geliefd gebruik bij Orthodoxe christenen. Velen voegen een Akathist naar hun keuze toe aan het ochtend- of avondgebed. Orthodoxe christenen zingen het met veel eerbied. Voor hen en voor wie kennis wil maken met deze uitzonderlijke vorm van Orthodoxe schoonheid maar het Kerkslavisch of het Byzantijnse Grieks niet verstaat, is het een grote rijkdom enkele van de meest gekende hymnen te kunnen zingen en bidden of beluisteren in de eigen taal. Sommige van deze hymnen getuigen van een grote dichterlijke zeggingskracht (zelfs in de vertaling ervan!) en vooral van een diep theologisch inzicht. Andere zijn de dankbare jubelkreten van een gelovige ziel, die zijn diepe dankbaarheid uitdrukt voor de zegeningen, aan de Moeder Gods geschonken.

De Moeder Gods is de Beschermvrouwe van de christenen. Vandaar dat de Orthodoxe kerk in zoveel hymnen, liederen en verzen de lof zingt van de Koningin van hemel en aarde. Door het bidden van de Akathistoshymnen leert de christen in het bidden toevlucht te nemen tot haar, maar wordt ook onderwezen in vertrouwen op Maria’s voorspraak bij God door met heel de ziel te jubelen om het grote heilswerk dat door God in Maria en in Christus tot stand is gebracht. Wie eenmaal geproefd heeft van de vreugde haar lof te zingen, leert haar sterke kracht ook ervaren op directe en wonderbare wijze.

Vandaar dat vele orthodoxe geestelijke vaders aansporen tot het bidden van deze hymnen tot de Moeder Gods, want zo ervaart de christen de bescherming van Maria en haar voorspraak bij God.

Het Griekse woord 'Akathistos' betekent letterlijk 'niet gaan zitten'. Daarom worden deze hymnen in de Orthodoxe kerk altijd staande gezongen.



Maria, gij spreekt voor ons ten beste,
gij zijt voor ons een schutsvrouw tegen alle kwaad.
Daarom zingen wij vol dankbaarheid dit glorielied.
Red ons door uw grote macht, o Moeder van God,
uit alle gevaren, nu wij tot u zingen:
Wees gegroet Moeder Gods, o Maria, altijd maagd!

1. Als gezant van de hemel werd een aartsengel
tot de Moeder Gods gezonden
om de blijde boodschap te verkondigen.
Toen aanschouwde hij, o Heer,
Uw menswording en riep in opperste verbazing
met zijn hemelse stem:

Verheug u, uit wie de Vreugd' zal verschijnen.
Verheug u, door wie de vloek zal verdwijnen.
Verheug u, gij richt de gevallen Adam weer op.
Verheug u, vertroosting voor de tranen van Eva.
Verheug u, gij gaat al ons denken te boven.
Verheug u, diepte, onpeilbaar voor het engelenoog.
Verheug u, want de troon van de Koning zijt gij.
Verheug u, want gij draagt de drager der wereld.
Verheug u, ster, die de Zon doet verschijnen.
Verheug u, schoot waarin God nederdaalt.
Verheug u: door u wordt de schepping vernieuwd.
Verheug u: door u wordt de Schepper een kind.
Wees gegroet Moeder Gods, o Maria, altijd maagd!

2. Bewust was zich Maria haar reinheid
en daarom sprak zij onomwonden tot Gabriël:
"O hoe wonderbaar is mij uw woord,
hoe ondoorgrondelijk.
Gij verkondigt dat de maagd moeder wordt.
En gij jubelt voor God:
Allluja, alleluja, alleluja!"

3. Gericht op de kennis die niet te kennen is,
zei de Maagd tot de gezant van de Heer:
"Zeg mij: hoe zal dit geschieden?
Dat ik uit mijn maagdelijke schoot een Zoon zal baren?"
Maar de engel sprak haar toe met deze woorden:

Verheug u, ingewijde in een onzegbaar mysterie.
Verheug u, bewaarster van een door God verzegeld geheim.
Verheug u, Christus' wonderen beginnen in u.
Verheug u, gij bevat de kern van zijn lering.
Verheug u, hemelladder waarlangs God tot ons afdaalt.
Verheug u, brug die aardbewoners in de hemel geleidt.
Verheug u, bron van verbazing der engelen.
Verheug u, gij doorbreekt de macht van de duivels.
Verheug u, op onuitsprekelijke wijze baart gij het Licht.
Verheug u, die niemand dit wonder laat zien.
Verheug u, de wijsheid der wijzen gaat gij te boven.
Verheug u: gij verdiept ons eenvoudig geloof.
Wees gegroet Moeder Gods, o Maria, altijd maagd!

4. Door Gods kracht overschaduwd
heeft de Maagd ontvangen,
hoewel zij nooit door een man werd benaderd.
Haar moederschoot werd een vruchtbare akker
en allen die verlossing willen oogsten naderen en zingen luid:
Alleluja, alleluja, alleluja!

5. En de Maagd spoedde zich naar Elisabeth
nadat zij in haar moederschoot God had ontvangen.
Het kind in de schoot van Elisabeth sprong vol vreugde op
alsof het zelf Gods Moeder begroette:

Verheug u, rank van een onsterfelijke stam.
Verheug u, gij draagt de vrucht die nimmer vergaat.
Verheug u, gij voedt Hem die alle leven verzadigt.
Verheug u, gij schenkt het leven aan Hem die ons maakte.
Verheug u, weelde van de ontferming van God.
Verheug u, tafel die overvloeit van Gods rijke genade.
Verheug u, gij geeft ons lichaam weer kracht.
Verheug u, gij bereidt onze ziel een veilige haven.
Verheug u, heerlijk geurende wierook van voorspraak.
Verheug u, die heel de wereld redt door gebed.
Verheug u, Gods welbehagen voor wie moeten sterven.
Verheug u, die de stervelingen moed geeft bij God.
Wees gegroet Moeder Gods, o Maria, altijd maagd!

Maria, gij spreekt voor ons ten beste.
Gij zijt voor ons een schutsvrouw tegen alle kwaad.
Daarom zingen wij vol dankbaarheid dit glorielied.
Red ons door uw grote macht, o Moeder van God,
uit alle gevaren, nu wij tot u zingen:
Wees gegroet Moeder Gods, o Maria, altijd maagd!