3 mei 2018

Van de pastoor: Het Weesgegroet

Beminde gelovigen,

Na het Onzevader is het Weesgegroet – het Ave Maria – het belangrijkste gebed van de christenheid. In dit gebed nemen wij onze toevlucht tot de heilige maagd Maria. Het Weesgegroet wordt ook wel de begroeting van de engel genoemd, omdat het begint met de groet die de aartsengel Gabriel tot Maria richtte bij de aankondiging van de geboorte van de Heer. De woorden van het dit gebed zijn voor een deel de woorden van de aartsengel, en voor een ander deel de woorden van de heilige Elisabeth. Vanaf ‘Heilige Maria, moeder van God…’ zijn het de woorden van de heilige Kerk.

Het eerste deel van het gebed is dus ontleend aan de Heilige Schrift, en is daarmee onderdeel van de goddelijke openbaring. Het is opmerkelijk dat al voordat Maria haar Kind ging ontvangen zij door de engel begroet werd als 'vol van genade'. Om die reden wordt Maria vanuit de openbaring de Onbevlekte Ontvangenis genoemd, dat wil zeggen dat zij het bederf van de erfzonde niet heeft gekend. Zij was reeds voor-verlost door een bijzonder goddelijk privilege. Het is dan ook terecht dat de Kerk in het laatste deel van het Weesgegroet een smeekbede tot Maria toevoegt, om ons in dit leven met haar voorbeden te begeleiden, waarmee wij onze toevlucht bij de onbevlekte Moedermaagd zoeken.

Laten ook wij dit doen, in het bijzonder in de Mariamaand mei, door de litanie van Maria en de Rozenkrans in de kerk te bidden, maar u wordt opgeroepen om ook thuis dagelijks deze smeekbede te verrichten.

Met mijn priesterlijke zegen,

Pater M. Kromann Knudsen FSSP, pastoor