5 april 2024

Noveen tot de goddelijke Barmhartigheid, dag 8

“Breng vandaag de zielen die in de gevangenis van het vagevuur zijn bij Mij en dompel hen in de afgrond van Mijn barmhartigheid. Laat de stromen van Mijn Bloed de verschroeiende vlammen afkoelen. Al deze zielen worden door Mij zeer bemind. Zij schenken genoegdoening aan Mijn rechtvaardigheid. Het ligt in jouw macht om hun verlichting te brengen. Benut alle aflaten uit de schat van de Kerk en bied die ten behoeve van hen aan. O, als je de kwellingen waaraan zij lijden eens kende zou je voortdurend geestelijke aalmoezen voor hen opdragen en hun schuld aan Mijn rechtvaardigheid afbetalen.”

Allerbarmhartigste Jezus, U hebt Zelf gezegd dat U barmhartigheid verlangt. Dus breng ik de zielen in het vagevuur naar de schuilplaats van Uw allermededogendst Hart. Zielen die U zeer dierbaar zijn en die toch genoegdoening aan Uw rechtvaardigheid moeten schenken. Mogen de stromen van het bloed en water die uit Uw hart vloeiden de vlammen van het zuiverend vuur doven zodat ook in die plaats de macht van Uw barmhartigheid geprezen zal worden.

Vanuit de verschrikkelijke hitte van het reinigend vuur
stijgt een weeklacht op tot Uw barmhartigheid.
Zij ontvangen troost, verfrissing, verlichting
in de stroom van bloed en water vermengd.

Eeuwige Vader, wend Uw barmhartige blik naar de zielen die in het vagevuur lijden en die omgeven worden door het allermededogendst Hart van Jezus. Ik smeek U door het bitter lijden van Jezus, Uw Zoon, en door alle bitterheid waardoor Zijn allerheiligste Ziel overstroomd werd, toon Uw barmhartigheid aan de zielen die Uw rechtvaardige onderzoek ondergaan. Zie op hen op geen andere wijze neer dan door de wonden van Jezus, Uw zeergeliefde Zoon. Want wij geloven vast dat er geen grens is aan Uw goedheid en medelijden. Amen.