1 april 2010

Preek op Witte Donderdag


Wij mogen vandaag, op Witte Donderdag, in het bijzonder toepassen wat Sint Paulus schrijft over het heilig Sacrament: “Dit is het heilsgeheim dat sinds de aanvang van de tijden en geslachten verborgen is geweest, maar dat thans aan Zijn heiligen is geopenbaard. Aan hen heeft God bekend willen maken hoe rijk aan glorie dit heilsgeheim onder de heidenen is, hoe Christus namelijk onder u is, de hoop op de glorie”. Dit is de grote schat, de erfenis van liefde die Christus bij Zijn dood de wereld naliet, Zijn eigen Vlees en Bloed als offer en spijs voor onze zielen. Hij is door dit offer Zelf blijven zorgen voor Gods eer in de wereld en Hij is door dit heilig Sacrament Zelf blijven zorgen voor onze heiliging. Dit is het geheim van deze dag: Christus is blijvend onder ons aanwezig en zal aanwezig blijven tot aan het einde van de tijden, om alles tot Zich te trekken.

Het heilig priesterschap is onverbrekelijk verbonden met het heilig Sacrament van het Altaar. Christus toonde Zich door de instelling van het heilig Misoffer als Degene Die als priester is aangesteld volgens de orde van Melchisédek in eeuwigheid. Hij bood Zijn Lichaam en Bloed onder de gedaanten van brood en wijn aan de Vader aan. Hij reikte ook beide aan de Apostelen uit en gebood hun het gelijke te doen. Daardoor stelde Hij hen als priester van het nieuwe verbond aan. Hij gaf aan de Apostelen, evenals aan hun opvolgers in het priesterschap, de opdracht dit te blijven doen, zodat Zijn offer altijd aanwezig zou blijven tot verheerlijking Gods en tot heiliging van onze zielen.

Beminde gelovigen, de geheimen van deze dag hebben een oneindig diepe betekenis voor ons gehele leven. Vanaf deze dag daalt de Verlosser Zelf neer in onze harten. Dit is waarlijk God met ons. Nu maakt Hij mij tot Zijn eigen tabernakel, zoals de heilige maagd Maria gedurende negen maanden Zijn heilig en smetteloos tabernakel is geweest. Als wij Hem in staat van genade ontvangen, dan stelt Hij mij gerust en belooft mij weer wat Hij eens gezegd heeft: “Wie Mijn Vlees eet en Mijn Bloed drinkt heeft eeuwig leven”. Amen.