9 maart 2010

Angelus-toespraak 7 maart 2010: God openbaart Zich aan de nederigen en de armen

Als zich ongelukken of tragische gebeurtenissen voordoen, dan moeten wij niet op zoek gaan naar een zondebok. Dit soort gebeurtenissen bieden ons kansen om na te denken en om boven de illusie uit te stijgen dat we zonder God zouden kunnen leven.

Zo sprak paus Benedictus XVI tijdens zijn toespraak voor het Angelusgebed op het Sint-Pietersplein. Hij richtte zijn woorden in het bijzonder tot de slachtoffers van de overstromingen in Frankrijk.

Op deze derde zondag van de Vasten nodigde de Paus een ieder uit tot bekering. Hij hield de gelovigen voor dat in het licht van de zonde God zo ‘vol van genade’ blijkt te zijn; God roept ons zondaars op om het kwaad te vermijden, te groeien in Zijn liefde en om naasten in nood concrete hulp te bieden. Op die manier beleven wij de vreugde van de genade en zijn wij niet tot de eeuwige dood veroordeeld.

De Paus benadrukte dat God Zich op verschillende manieren manifesteert in ieders persoonlijk leven. Om Zijn aanwezigheid te herkennen is het noodzakelijk dat wij tot Hem naderen in het bewustzijn van onze armzaligheid en met grote eerbied.

Ware wijsheid wordt gevonden waar de mens – door lijden en verdriet – komt tot het besef dat het menselijk bestaan kwetsbaar is en waar wij ons bestaan met de ogen van God gaan bekijken. God, Die altijd het goed wil voor Zijn kinderen, staat het soms toe dat wij op pijnlijke wijze op de proef gesteld worden, maar altijd met het doel om ons tot een hoger plan te leiden.

De volledige Angelus-toespraak kunt u hier bekijken en beluisteren: